
Lange tijd dacht ik dat betere methodes, scherpere analyses en diepere expertise de sleutel waren tot betere organisaties.
En eerlijk is eerlijk: dat werkte ook.
Tot op zekere hoogte.
Teams verbeterden. Structuren werden strakker. Resultaten gingen omhoog.
Maar op een bepaald moment liep de groei steeds opnieuw vast — ondanks slimme mensen, goede plannen en de juiste frameworks.
Niet op inhoud.
Niet op inzet.
Maar op leiderschap.
De valkuil van expertise
In veel organisaties werken extreem capabele mensen. Technisch sterk, analytisch scherp, inhoudelijk betrokken. Vaak zijn het juist deze mensen die doorgroeien naar leidinggevende of strategische rollen.
Logisch ook. Ze hebben bewezen dat ze waarde toevoegen.
Maar precies daar ontstaat een subtiele valkuil.
Wat iemand succesvol maakt in een uitvoerende of inhoudelijke rol, werkt niet automatisch in een leidende rol. Integendeel. Diezelfde kracht kan groei onbedoeld afremmen.
Expertise nodigt uit tot:
zelf oplossen
inhoudelijk bijsturen
snel ingrijpen
kwaliteit bewaken via controle
Dat voelt verantwoordelijk. En dat is het ook — tot het systeem groter wordt.
Het kantelpunt
Het kantelpunt komt vaak ongemerkt.
De organisatie groeit. Teams worden groter. Besluitvorming complexer. Afhankelijkheden nemen toe.
En ineens merk je dat je:
overal bij nodig bent
beslissingen blijven hangen
mensen wachten op richting
jij het tempo bewaakt, maar ook vertraagt
Niet omdat je het niet goed doet.
Maar omdat je blijft doen wat je altijd deed.
Meer expertise toevoegen lost dit niet op.
Meer overleg ook niet.
Sterker nog: het vergroot vaak het probleem.
Van oplossen naar richting geven
Echte versnelling ontstaat wanneer leiders stoppen met het optimaliseren van de inhoud — en beginnen met het ontwerpen van het systeem.
Dat vraagt een fundamentele verschuiving:
van antwoorden geven → vragen stellen
van bijsturen → kaders zetten
van meedenken → richting bepalen
van controle → vertrouwen met scherpte
Dit is geen soft leiderschap.
Dit is juist preciezer, veeleisender en confronterender.
Want zodra jij minder oplost, wordt zichtbaar:
waar besluitvorming ontbreekt
waar eigenaarschap onduidelijk is
waar strategie niet landt in gedrag
En precies dát is waar echte groei begint.
Waarom dit voor leiders nu relevant is
Veel leiders die ik spreek zijn niet vastgelopen omdat ze tekortschieten.
Ze zijn vastgelopen omdat ze te lang succesvol zijn geweest met dezelfde aanpak.
Wat hen hier bracht, brengt hen niet verder.
In groeiende organisaties verschuift het vraagstuk:
van “doen we de juiste dingen?”
naar “hoe zorgen we dat het systeem de juiste dingen blijft doen?”
Dat is geen operationele vraag.
Dat is een strategisch leiderschapsvraagstuk.
En die vraagt iets anders dan expertise alleen.
Leiderschap als hefboom
Wanneer leiders deze verschuiving maken, gebeurt er iets opmerkelijks:
teams nemen meer verantwoordelijkheid
besluitvorming versnelt
strategie wordt voelbaar in dagelijks gedrag
de leider krijgt weer ruimte om vooruit te kijken
Niet door harder te werken.
Maar door anders te sturen.
Dat is geen makkelijke stap.
Het vraagt loslaten, scherpte en soms ongemakkelijke keuzes.
Maar het is wel de stap die groei duurzaam maakt.
Tot slot
De vraag is dus niet of je voldoende kennis of ervaring hebt.
De vraag is of je bereid bent om anders te kijken naar je rol.
Leiderschap begint niet bij weten.
Het begint bij kiezen.






